Van Gerard Leeuw, een groot fan van Testbemanning, ontving ik de onderstaande tekst en afbeelding. Deze info komt uit het weekblad “Romance”, een weekblad voor twintigers uit de jaren ’60.
Léon Povel (sinds 1948 in de radioregie):
“Wat mij betreft: ik vind ‘Testbemanning’ geweldig; ik ben er door geboeid vanaf ‘t moment, dat ik het eerste deel ervan onder ogen kreeg. Het onderwerp heeft me gegrepen en de vernuftige wijze, waarop het is uitgewerkt; ik heb mijn vingers afgelikt voor de opgave om 180 splinternieuwe geluiden te bedenken (dat deed ik overigens niet alleen; de geluiden in ‘Testbemanning’ zijn het werk van een driemanschap: geluidsinspiciënt André du Bois, geluidstechnicus Ad van de Ven en ik) en wat me vooral getroffen heeft, dat is de wijze, waarop Lans in zijn spel mensen heeft laten optreden.
Bij ‘Sprong in het heelal’ miste ik dat; de figuren hadden daarin geen eigen gezicht. ‘Testbemanning’ heeft echter veel psychologische kanten; er komen menselijke conflicten in voor en daarom zijn de personen échter, menselijker.
Ik verwacht van ‘Testbemanning’ dat het een even groot of misschien zelfs een nog groter succes zal hebben dan de ‘Sprong’– en dat zou ik erg leuk vinden voor Carl Lans, die voor ons als sciencefictionschrijver een complete verrassing is geweest. We wisten niet eens, dat er in Nederland auteurs waren, die zich met dit soort toekomstfantasieën bezig hielden.”